Valorisatie, vloek of zegen?

Waarom wetenschap om meer gaat dan economisch nut
Leestijd 4 minuten — Wo 28 januari 2015

Voor haar stage bij Studium Generale onderzocht Floor van der Hout hoe de ideale universiteit van de toekomst er uit zou moeten zien. Door de vinger op de zere plek te leggen van het huidige onderwijs en onderzoek, maar vooral ook door goede, inspirerende voorbeelden aan te halen van hoe het ook zou kunnen.

Wetenschapsvisie 2025

'Maatschappelijk nut', 'competitieve kenniseconomie' en 'maximale impact van kennis'. Dit zijn een aantal begrippen die veel voorkomen in de Wetenschapsvisie 2025 die ministers Jet Bussemaker en Sander Dekker eind november publiceerden. Vooral opvallend aan het rapport is het veelvuldige gebruik van het woord 'valorisatie' en dan gaat het vooral over gebrek ervan in de huidige wetenschap. Valorisatie is het vermeerderen van de waarde van kennis door toepassing ervan. 'In brede maatschappelijke zin' staat er steeds tussen haakjes achter vermeld. Socioloog Willem Schinkel (EUR) nam het document onder de loep en concludeert dat onder 'valorisatie' vooral 'economisch nut' wordt verstaan en onder 'maatschappij' 'bedrijfsleven': “maatschappij komt 19 keer voor en bedrijfsleven 43 keer, meer dan twee keer zo vaak. Tel daarbij de 34 keer dat 'bedrijven' genoemd wordt en de 0 keer dat 'maatschappij' of 'maatschappelijk verband' genoemd wordt. De verhouding 'maatschappij' – 'bedrijfsleven' is daarmee 1 op 4.” Waar komt de roep om valorisatie vandaan en moet wetenschap altijd economisch nut hebben?

Wedloop om kennis

Het lijkt de auteurs van de visie dus vooral te gaan om meer publiek-private samenwerking, waarin wetenschappelijke kennis vertaald wordt in commerciële producten en diensten en bijdraagt aan de competitieve Nederlandse 'kenniseconomie' die ze voor ogen hebben. Zo stelde Willem Schinkel in de column die hij uitsprak op het symposium van Science in Transitionop 3 december 2014. In onze economie is kennis de belangrijkste bron van waardeaccumulatie geworden. Intellectuele activiteiten of 'immateriële arbeid' staan centraal bij het verwerven van kapitaal. Schinkel noemt dat 'cognitief kapitalisme'. Alsof kennis alleen nog maar ten dienste staat van de economie. “We kunnen niet achterblijven in de wereldwijde competitie om kennis” is het idee. De thesis 'kennis is macht' krijgt daarmee een nieuwe betekenis, namelijk economische macht.

De Bologna Verklaring

De rol van kennis in onze economie blijkt ook uit nationale en Europese beleidsdocumenten. In 1999 werd door Nederland de Bologna verklaring getekend om het internationale concurrentievermogen van het Europees hoger onderwijs te vergroten. De bachelor- en masterfasen werden naar kopie van het Amerikaanse systeem ingevoerd, evenals het systeem waarmee de zwaarte van een cursus wordt aangeduid. Dit om mobiliteit van Europese studenten te bevorderen en beter te kunnen concurreren in de internationale wedloop om kennis. In deze context wordt kennis in toenemende mate gezien als verhandelbaar product.

“Dan is de wetenschap dood”

Het toepassen van wetenschappelijke kennis om economische groei te bewerkstelligen is natuurlijk helemaal geen slecht idee, maar “als het belang van wetenschap wordt bepaald op grond van haar economisch nut, dan is de wetenschap dood” stelt schrijver en classicus Ilja Leonard Pfeijffer in de NRC in reactie op de Wetenschapsvisie 2025. “Wat we lijken te vergeten, is dat we niet leven om te werken en de economie draaiende te houden. De economie is er voor de mens, en niet omgekeerd” schreef filosoof aan de UU Ingrid Robeyns in 2013 toen het begrip 'valorisatie' aan populariteit begon te winnen in Den Haag. Schinkel vermoedt dat het nieuwe beleid er toe zal leiden dat de zwaarste klappen zullen vallen in de sociale en geesteswetenschappen. Kunstgeschiedenis en filosofie zullen meer moeite hebben hun directe economisch nut aan te tonen. En nu al hebben deze faculteiten het moeilijk. Zo besloot de UvA, en nu ook de Erasmus Universiteit Rotterdam de faculteit Filosofie op te heffen.

Not for profit

Volgens Martha Nussbaum hebben we de geesteswetenschappen juist hard nodig. “Radical changes are occurring in what democratic societies teach the young, and these have not been well thought through. Thirsty for national profit, nations, and their systems of education, are heedlessly discarding skills that are needed to keep democracies alive.” Dit schrijft de filosofe in haar boek Not for Profit. Why Democracy Needs the Humanities. De geesteswetenschappen worden in wat Schinkel aanduidt als ons cognitief kapitalistische systeem dus gemarginaliseerd, terwijl nu juist bij kunst, literatuur, filosofie en cultuurstudies kwaliteiten als verbeeldingskracht, empathie en mensenkennis worden aangeleerd. Kwaliteiten die belangrijk zijn voor competente, kritisch denkende democratische burgers.

Risicovolle wetenschap

Een andere kritiek op de valorisatie mantra is dat er te weinig ruimte is voor fundamentele en risicovolle wetenschap, die niet direct toepasbaar is. Volgens hoogleraar Theoretische Sterrenkunde Vincent Icke (Universiteit Leiden) is echt onderzoek “een reis is door terra incognita, een grillig pad zonder aanwijsbaar doel. Als je produceert wat je hebt aangekondigd, is het product platvloers of bedrog” schrijft hij in de NRC. In sommige vakgebieden, zoals in de sterrenkunde, kan het 'nut' van bepaald onderzoek niet vooraf voorspeld of beloofd worden.

Meer dan economisch nut

“Pogingen om kennis en maatschappij te verbinden, zijn niet neutraal noch democratisch wanneer 'maatschappij' vooral als bedrijfsleven gedefinieerd wordt” concludeert socioloog Schinkel. Daarom moet valorisatie een bredere invulling krijgen dan enkel 'economisch nut'. Wanneer we echt kijken naar het maatschappelijk nut van wetenschap, gaat het over urgente maatschappelijke problemen als klimaatverandering, groeiende socio-economische ongelijkheid en leven in een multiculturele samenleving. En juist de geesteswetenschappen en sociale wetenschappen leveren hier een belangrijke bijdrage.

In de volgende blog komt een antropologe aan het woord, die met haar activistische onderzoek sociale verandering wil bewerkstelligen. Moet en kan wetenschappelijk onderzoek altijd objectief zijn? Hoe kan wetenschappelijk onderzoek ten dienste staan van sociale verandering?

Lees ook de voorgaande blogs:
> Inleiding: De utopische universiteit (17-12-2014)
> Meer promovendi, meer diploma's, meer publicaties (24-12-2014)
> Het ideale universitaire onderwijs (31-12-2014)
> Harvard aan de Rijn (07-01-2015)
> Open Access (14-01-2015)
> Open Science (21-01-2015)

Meer weten?

  • Lees de column die Willem Schinkel uitsprak op het Science in Transition symposium.
  • Nog niet overtuigd van het belang van het voortbestaan van de geesteswetenschappen? Kijk hier de VPRO documentaire De Waarde van de Geesteswetenschappen.
  • In het artikel De dag dat leren nadenken te duur werd bevonden reflecteert correspondent Rob Wijnberg op de teloorgang van de filosofiefaculteiten.
  • Aan de UvA is als reactie op de reorganisatie van de faculteit geesteswetenschappen de protestgroep Humanities Rally opgericht. Lees hun manifest.
  • Meer weten over 'de kenniseconomie' en 'academisch kapitalisme'? Lees de kritiek van John Barry (EN).