Veranderlijke taal

Over

In het postcoronium ga ik op zwaaibezoek bij mijn corona-oudje. Anderhalvemeterend loop ik erheen. Ik kijk uit wandelschaamte angstig om me heen, hopend dat geen coronazi me voor coronahufter uitmaakt als ik even het winkelprotocol vergeet.

De zin die ik hierboven opschreef maakt het duidelijk: als gevolg van de coronacrisis krijgt het Nederlands er allemaal nieuwe woorden bij. De veelheid van nieuwe woorden is uniek, zegt Ton den Boon, eindredacteur van het Van Dale woordenboek. Hij zette het coronawoordenboek op, waarin hij al meer dan 700 woorden verzamelde die in gebruik kwamen sinds de virusuitbraak, zoals onthamsteren, coronadode en quarantaineconcert. Niet alle coronawoorden zullen de Van Dale halen, denkt Den Boon, maar de taal wordt zeker verrijkt.

Het laat zien hoe veranderlijk taal kan zijn. Want ook vóór de coronacrisis waren de taal en taalwetenschappen aan interessante veranderingen onderhevig. Zo heeft de hiphop grote invloed gehad op het Nederlands, bespraken rapper Fresku en taalwetenschapper Marc van Oostendorp (Radboud UN) bij het Betweter Festival. In het Science Café Utrecht over taal spraken we met drie taalexperts onder andere over de invloed van globalisering op de Nederlandse taal. Hoeveel invloed heeft het Engels in het onderwijs op het ons taalgebruik? Hoe werkt de taalontwikkeling van een kind opgroeiend in een tweetalig milieu?

Maar in het land van de taalkunstenaars leven ook 2,5 miljoen laaggeletterden. Zij vinden de persconferenties van Mark Rutte over de coronamaatregelen te lastig om te begrijpen. Oei. Dat is immers de belangrijkste functie van taal: het overbrengen van een boodschap. Het Nederlands is ook geen makkelijke taal om te leren, niet voor kinderen en ook niet voor nieuwkomers, zo vertelde taalwetenschapper Sterre Leufkens (UU) op het Betweter Festival: onze taal heeft erg veel ondoorzichtige eigenschappen.

Hoe breng je een boodschap dan succesvol over? Neerlandicus Christine Liebrecht (Tilburg Universiteit) gaf een aantal handige tips voor geslaagd taalgebruik: gebruik superlatieven bijvoorbeeld niet voor een sceptisch publiek, negatieve formuleringen (“hier geen fietsen plaatsen”) werken niet goed, en gebruik liever concrete dan abstracte woorden. Naast zinsopbouw en woordkeuze gaat het bij communicatie ook over het platform, de toon en klank van de stem, en de framing van taal. In de lezing Toontje hoger, toontje lager (audio) onderzochten drie Utrechtse wetenschappers hoe iemand zich succesvol verstaanbaar maakt in onze maatschappij. Zo bespreekt politicoloog Harmen Binnema wanneer je in een democratie je stem het beste kan laten horen. Taalwetenschapper Aoju Chen spreekt over de juiste toonhoogte en hoe ons brein taal ontvangt. En retoricus Bas van Bommel vertelt wat de kracht van framing is in debat.

Geïnteresseerd geworden in de wetenschap achter onze taal? Kijk, lees en luister hieronder naar meer.