Bewustzijn: Van filosofie tot kunstmatige intelligentie

We zijn ons bewust van onszelf en onze omgeving. Je weet wie je bent en wat je doet en zegt. Maar wat is bewustzijn nu precies?
Leestijd 5 minuten — Do 10 september 2009
Het brein

Vanuit de filosofie, maar ook vanuit de geschiedenis en moderne wetenschappen wordt al eeuwenlang geprobeerd hierop een antwoord te formuleren. In de interdisciplinaire reeks Het Breinwordt geprobeerd om bewustzijn in meer concrete beelden te vangen.

In twee lezingen begint Bas Haring de zoektocht naar een verklaring voor het bewustzijn. Om een zo volledig mogelijk beeld te creëren gaat hij systematisch een aantal vragen af. Wat is bewustzijn? Hoe is er in de tijd over nagedacht? Wat voor soort antwoorden over bewustzijn zijn er tot stand gekomen? Maar ook, wat is de relatie tussen hersenen en bewustzijn? En hebben dieren bewustzijn, en kunnen ook robots en computers over bewustzijn beschikken?

Wat is bewustzijn?
Bewustzijn is een lastig begrip. Het is moeilijk te concretiseren. Bewustzijn wordt gekenmerkt door begrippen als herinneren, herkennen en ervaren. Je kunt bewustzijn niet aan de buitenkant vaststellen. Je weet dat je bewustzijn hebt en neemt aan dat je buurman het ook heeft, maar zeker weten doe je het niet.

Wanneer Haring spreekt over bewustzijn, gebruikt hij vaak de frase 'iets extra's'. We zijn niet alleen een pop van vlees en bloed, maar hebben 'iets extra's'. Dit maakt het ook lastig om bewustzijn aan andere mensen uit te leggen. Bewustzijn is een individuele ervaring; iedereen ervaart het anders.

Bewustzijn in de tijd
In de tijd is er door verschillende beroemde denkers en wetenschappers nagedacht over bewustzijn. Een bekende denker over dit thema was Descartes. Hij was een denker met een wetenschappelijke agenda en had zich ten doel gesteld om op zoek te gaan naar zaken die onbetwijfelbaar zijn. Dit deed hij door beroepsmatig aan alles te twijfelen. Zo durfde Descartes te twijfelen aan het bestaan van zijn eigen lichaam, maar wist hij wel zeker dat er 'iets' was dat vragen stelt. Dat 'iets' noemde hij 'ik'. Dit bracht hem tot de conclusie dat het lichaam niet gelijk is aan datgene wat vragen stelt en dat er dus een scheiding van lichaam en geest bestaat. Deze redering van Descartes is lange tijd bepalend geweest voor ons denken. De scheiding tussen lichaam en geest, waardoor het bewustzijn los van het lichaam wordt gezien, heeft er onder andere voor gezorgd dat de mens zich verheven voelt boven al het andere.

Relevantie van bewustzijn
Ondanks dat bewustzijn een weinig concreet begrip is, kent het grote relevantie op verschillende gebieden. Zo ontnemen wij dieren bepaalde rechten, omdat zij niet over een bewustzijn zouden beschikken. Maar ook heeft het bepaalde consequenties in het rechtsysteem. Een moord wordt minder streng bestraft wanneer deze onbewust is gepleegd. En een moord onvrijwillig plegen wordt bijvoorbeeld helemaal niet aangerekend.
Bewustzijn kent ook wetenschappelijke relevantie. Bewustzijn staat aan de basis van het menselijk handelen en denken, en staat daarmee aan de basis van de wetenschap.

Verklaringen voor bewustzijn
De verklaringen voor bewustzijn in lijn met Descartes zijn anno 2009 grotendeels achterhaald. Lichaam en geest worden niet meer als gescheiden elementen gezien. Er wordt nu geprobeerd een meer wetenschappelijke verklaring te vinden voor het bewustzijn, waarbij de vraag 'Waar zit het bewustzijn?' centraal staat.

Er bestaat consensus over het gegeven dat bewustzijn huist in het brein. Echter, er is tot nu toe geen specifieke plek gevonden die verantwoordelijk zou zijn voor het bewustzijn. Het brein is dan ook niet systematisch en gestructureerd. Het bestaat uit miljarden hersencellen die allen uniform zijn. Dit maakt het lastig een bepaalde plek aan te wijzen voor bewustzijn. De ervaring van het bewustzijn lijkt eerder tot stand te komen door een samenspel van veel verschillende gebieden in de hersenen. Bewustzijn lijkt tot stand te komen via emergentie. Op het niveau van een enkele hersencel is bewustzijn niet waar te nemen, maar op het niveau van het hele brein wel.

Ontstaan van bewustzijn
De wetenschap heeft tot nu toe nog niet kunnen beantwoorden waar bewustzijn ontstaat. Over wanneer bewustzijn ontstaat heeft de wetenschap echter concretere ideeën. Recente resultaten van verschillende experimenten tonen aan dat de ervaring van het bewustzijn later komt dan de handeling. Hersenscans tonen bijvoorbeeld aan dat je een bepaalde handeling gaat uitvoeren, voordat je zelf daartoe hebt besloten. Andere experimenten laten zien dat je maar van een klein deel van de realiteit bewust bent. Veel input, zoals beelden en geluiden, worden ongemerkt verwerkt en bij veel handelingen sta je niet tot nauwelijks stil.

Deze resultaten zijn tegenstrijdig met het gevoel dat wij hebben bij bewustzijn. Wij denken dat achter elk fenomeen een welwillend verhaal schuilt en dat achter elke handeling een rationele keuze zit. Uit deze resultaten blijkt eerder dat bewustzijn een narratief karakter heeft. Dat bewustzijn een verhaal is over onszelf dat we tegen onszelf houden. Het is slechts een beschrijving achteraf, maar geen echte weerspiegeling van de werkelijkheid.

Bewustzijn van dieren
Bewustzijn concretiseren bij onszelf is moeilijk, maar het vaststellen van bewustzijn bij dieren is nog lastiger. Bewustzijn gaat niet gepaard met een bepaald gedrag. Daarnaast kennen dieren geen taal, waarmee ze blijk kunnen geven van enig bewustzijn. Toch zijn er enkele manieren om te achterhalen of een dier over bewustzijn beschikt. Aangenomen wordt dat een dier over bewustzijn beschikt als het dier zich bewust is van zijn eigen lichaam. Ook wordt aangenomen dat een dier bewustzijn heeft wanneer het zich bewust is van het gedrag van een ander. Verschillende onderzoeken hebben positieve resultaten laten zien bij dieren ten opzichte van deze twee eigenschappen. Vooral veel zoogdieren tonen blijk van herkenning wanneer het bijvoorbeeld voor een spiegel wordt gezet en/of kunnen anticiperen op het gedrag van een ander dier.
Op basis van deze resultaten kan worden geconcludeerd dat dieren over bewustzijn kunnen beschikken. Echter, er blijft een fundamenteel onderscheid bestaan tussen dieren en mensen. Mensen beschikken over een complex taalvermogen, waarmee ze hun bewustzijn verder hebben kunnen ontwikkelen. Naar waarschijnlijkheid zijn mensen dan ook degenen met het meeste bewustzijn.

Bewustzijn van apparaten
Wanneer de filosofie van Descartes wordt aangehouden zouden apparaten, zoals computers en robots niet over bewustzijn beschikken. Echter, in de huidige tijdsgeest is het niet onmogelijk te denken dat apparaten over bewustzijn kunnen beschikken. Als bewustzijn wordt gedefinieerd als 'iets extra's' of met een narratief karakter, zoals Haring eerder bewustzijn heeft gedefinieerd, dan kunnen apparaten bewustzijn hebben.

Conclusie
Samengevat kan worden geconcludeerd dat het begrip bewustzijn moeilijk in concrete beelden te vangen is. Iedereen ervaart bewustzijn, maar niemand kan precies uitleggen wat het is. Vaak wordt er gesproken van 'iets extra's'.

Huidige wetenschappelijke inzichten doen vermoeden dat bewustzijn een narratief karakter heeft. Bewustzijn zou slechts een beschrijving achteraf zijn, maar geen echte weerspiegeling van de werkelijkheid. Wanneer deze inzichten worden geprojecteerd op dieren en zelfs op computers en robots is er volgens Haring geen reden waarom zij ook niet over een bewustzijn zouden kunnen beschikken.