De leegte laten

Hoe geven mindfulness en meditatie inzicht in de werking van het bewustzijn?
Leestijd 6 minuten — Wo 16 september 2009
Oefening baart kunst

In de serie Oefening baart kunst laat Studium Generale wetenschappers en filosofen aan het woord die vanuit hun specialisme spreken over 'het goede leven'. Professor Henk Barendregt, hoogleraar Grondslagen van de wiskunde en gekwalificeerd leraar vipassana meditatie, bijt de spits af met een lezing over meditatie en mindfulness, brein en bewustzijn.

Barendregt doet met een multidisciplinaire projectgroep onderzoek naar het bewustzijn, en gaat daarbij uit van zijn ervaringen met mindfulness en meditatie. Niet alleen kunnen deze twee inzicht geven in de werking van het bewustzijn, ook kunnen ze een rol spelen in de behandeling van problemen met het bewustzijn of psychische problemen. Ergens daartussenin ligt ook een visie op het goede leven, want het streven van mindfulness en meditatie is zonder twijfel het bereiken van een goede staat van zijn.

Object en inkleuring
Niet eens heel lang geleden, zo vertelt Henk Barendregt, heerste er in de wetenschap een taboe op de vraag hoe bewustzijn werkt en hoe het is ontstaan. Inmiddels is het taboe opgeheven, wat niet wil zeggen dat er op alle vragen antwoorden zijn gevonden. Toch is het zeker mogelijk om iets zinnigs over dit onderwerp te zeggen. De neurologie beschrijft het brein als een verzameling neuronen en het bewustzijn als iets wat voortkomt uit alle vonken die daartussen afgevuurd worden. Maar je kunt het bewustzijn ook op een andere manier beschrijven. Enerzijds zijn er objecten, de inhoud van het bewustzijn: een glas water, een stem waar je naar luistert. Daarnaast is de inkleuring van dat voorwerp met een bepaalde stemming: je kunt naar het voorwerp kijken met boosheid, vreugde, rusteloosheid et cetera. Het object blijft hetzelfde, maar heeft vele gestalten door de inkleuring.

De wetenschap bestudeert de objecten van het bewustzijn – ordent die, geeft er betekenis aan. Wetenschappelijk inzicht, aldus Barendregt, ontstaat wanneer een groot aantal verschijnselen wordt teruggebracht tot een klein aantal verschijnselen. Door zulke abstrahering kunnen voorspellingen worden gedaan en wordt het leven vergemakkelijkt. Die focus op de objecten is echter beperkt; het is onmogelijk om de hele wereld te beheersen door middel van wetenschap en technologie. Het is belangrijk om ook de bewustzijnstoestand te onderzoeken. Niet alleen de objecten vragen verbetering, ook de inkleuring doet dat.

Het bewustzijn staat in deze zin aan de basis van alle strevingen van de mens in het leven – en dus ook naar het goede leven. De meeste mensen proberen de materialistische objecten te optimaliseren: ze willen een auto, geld, een mooi lichaam. Maar waarom? Omdat men ervan uitgaan dat het bezit van die objecten leidt tot vreugde. En vreugde is wat men eigenlijk wil. Het gaat uiteindelijk niet om de inhoud, maar om de inkleuring.

Inzicht- en concentratiemeditatie
Het verbeteren van de inkleuring is wat gebeurt in meditatie. Barendregt noemt twee vormen van meditatie: vipassana- of inzichtmeditatie, en concentratiemeditatie. Deze laatste is erop gericht positieve inkleuringen te vermeerderen, door het object van concentratie stil te zetten en er een soort foto van nemen. Dit stilzetten geeft rust, die kan uitlopen in het hoogtepunt van concentratiemeditatie: de mystieke ervaring.

Inzichtmeditatie of mindfulness heeft ander doel, namelijk het verminderen van de negatieve inkleuring. Het hoogtepunt hiervan is zuivering of deconditionering. Bij deze meditatie neem je niet een foto van het object, maar maak je een soort film. Het object mag bewegen. Je aandacht gaat uit naar de omgeving, zonder daarin in te grijpen, zonder een oordeel te vellen, zonder iets aan die omgeving te willen veranderen. Niet alleen de objecten bezie je met zo'n distantie, ook de inkleuringen. Komt er bijvoorbeeld een verlangen op, dan constateer je: 'Ah, verlangen,' en legt het vervolgens naast je neer.

Ontvlechten of dissociatie
En dan? Wat voor nut heeft het en hoe kom je hier verder mee? Oefening baart kunst – de titel van de reeks blijkt hier van toepassing. Oefenen, oefenen, oefenen, onder leiding van een leermeester, is een eerste vereiste. Op een zeker moment leer je om object en inkleuring van elkaar te onderscheiden. Ontvlechten, zoals Barendregt het noemt. Tijdens de meditatie voel je pijn in je benen en je wordt boos op jezelf omdat je de oefening niet kunt volbrengen. De pijn en de boosheid moet je dan ontvlechten, uit elkaar halen, tot de zuivere pijn overblijft, die veel minder erg blijkt dan de woedende pijn.

Dit is een vorm van dissociatie. Dissociatie is makkelijk te ervaren door heel vaak achter elkaar een woord te zeggen – zoals rabarber – tot de betekenis van het woord verdwijnt. Betekenis en klank van het woord zijn losgekoppeld. Dit is ook toepasbaar op bewustzijnstoestanden en ervaringen. Het streven is om je niet te identificeren met de pijn, maar de pijn van een afstand te aanschouwen. 'Beschouw je niet als iemand die pijn heeft, maar als iemand die pijn ziet.'

Leegte
Als dit eenmaal lukt, valt verrukking je ten deel. Maar helaas: zelfs van het heerlijke gevoel van verrukking moet je afstand doen. Je moet erdoorheen. Maar waarheen dan? Barendregt noemt het 'de donkere nacht van de ziel'. Die ervaar je wanneer je, in de vipassana meditatie, overal nee tegen zegt en alles ontvlecht, tot op het laatst je hele ego is ontvlochten en je alleen nog maar leegte om je heen ziet. Wat is die leegte? Het is een soort volledige dissociatie, waarin blijkt dat alles onpersoonlijk en deterministisch is, chaotisch en procesmatig. Het ego, zo laat de leegte zien, is niet iemand, maar een chaotisch proces. Neurologisch is dit volkomen begrijpelijk: het flitsen van neuronen in de hersenen is precies wat je ziet in de leegte. Alleen als je door deze chaotische, gedissocieerde leegte heen gaat, tem je de angst ervoor, een angst die alle mensen eigen is. We kunnen er niet tegen om niet de baas te zijn, en de leegte prikt precies die illusie door.

Door oefening en training kunnen we leren om de leegte en het gevoel van 'niet de baas zijn' niet meer eng te vinden. Als vergelijking noemt Barendregt het vallen van een parachutist: ook dat is iets wat je kunt trainen tot je het niet meer eng vindt. De leegte is nu eenmaal iets waar elk mens mee te maken heeft en mee om moet gaan. Dat is wat mindfulness kan bijdragen aan het goede leven: doordringen tot in het mechanisme van de angst en het vervolgens loslaten. Dan verdwijnt ook de afhankelijkheid van een symptomatische bestrijding van de leegte, die bestaat uit de objecten van het bewustzijn: een mooie auto, een mooi lichaam, een groot huis.

Discussie
Hoe wetenschappelijk is dit allemaal? In de discussie na afloop van de lezing, gaat Barendregt in op het onderzoek dat hij verricht naar mindfulness en de hersenen. Mindfulness heeft te maken met bepaalde eigenschappen, zoals aandacht en reactiesnelheid. Psychologische onderzoeken wijzen uit dat mindfulness deze eigenschappen versterkt. Zelfs een existentieel begrip als leegte is te meten, namelijk door EEG-tests uit te voeren bij mensen die leegte ervaren en deze te onderzoeken op psychische dissociatie.

Barendregt verenigt zo het 'harde', wetenschappelijke onderzoek met een haast literaire benadering van zijn onderwerp. Opvallend is het gebruik in de lezing van metaforen en gedichten. Geeft dat geen discrepantie? Barendregt brengt een onderscheid aan tussen het begrijpen van de leegte, die in wetenschappelijke taal kan worden uitgedrukt: neuronen vuren chaotische en deterministisch af in de hersenen. Iets anders is het als het gaat om het ervaren – de ervaring kan niet in wetenschappelijke taal worden overgebracht, maar vraagt om metaforen.

Hoe zit het met het 'nut' van meditatie als medicijn voor psychische problemen? Zulke problemen komen voort uit de angst voor de leegte en openbaren zich soms in de vorm van die leegte. Als de angst voor de leegte getemd is, zoals Barendregt heeft betoogd, zouden de problemen ook 'getemd' moeten zijn. De leegte en de angst zitten in iedereen, maar kan iedereen het stadium van beheersing wel bereiken? Uiteindelijk heeft iedereen de vaardigheid, meent Barendregt, maar het moet wel gecontroleerd gebeuren. Een min of meer stabiele basis is wel het beste. Leermeesters zijn daarbij belangrijk, maar uiteindelijk moet iedereen het zelf doen en ontdekken. Eigenlijk is het een heel individualistische weg om te bewandelen. Eerst komt de vrede met jezelf, dan met de ander, en dan met de wereld.