Onderwijspolitiek en middelenwetenschap

Wie bepaalt wat goed onderwijs is?
Leestijd 2 minuten — Vr 5 september 2014
In de schoolbanken

We zijn het er allemaal over eens dat goed onderwijs belangrijk is. Maar wat is goed onderwijs en wie bepaalt dat? En wiens taak is het precies om de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen? In de eerste lezing van de serie In de schoolbanken stelde pedagoog dr. Bas Levering dat de overheid, scholen en ouders er samen over uit moeten komen wat goed onderwijs inhoudt. Ook wetenschappers zouden een bijdrage moeten leveren aan dit debat.

Onderwijspolitiek

We kennen in Nederland de vrijheid van onderwijs en iedereen in Nederland mag een eigen school stichten, dat is bijzonder. Wel worden de richtlijnen van het onderwijsbeleid bepaald in Den Haag en krijgen scholen de onderwijsinspectie op bezoek voor controles. Samengestelde informatie uit inspectierapportten leidt regelmatig tot wetenschappelijke en publieke discussies. Zo is er een voortdurende wisselwerking tussen maatschappij, wetenschap en politiek. Bas Levering noemt dit 'onderwijspolitiek'.

Van schoolpedagogiek naar onderwijskunde

Kenmerkend voor de Nederlandse onderwijspolitiek is volgens Levering het achterstandsbeleid. 'Zoveel mogelijk mensen naar de universiteit' was het credo in de jaren '60 en er moesten methoden ontwikkeld worden om de sociale verschillen tussen klassen weg te werken. Het idee was dat de samenleving maakbaar was door middel van het onderwijs. Er vond een overgang plaats van schoolpedagogiek naar onderwijskunde. In de schoolpedagogiek staat de onderwijsrelatie tussen leerkracht en leerling centraal en denkt men na over de doelen van onderwijs. De onderwijskunde richt zich meer op het bewijzen van de effectiviteit van onderwijsmethoden: een 'middelenwetenschap' waarin de leerkracht niet langer centraal staat. Die focus op methoden is volgens Levering problematisch: “het gaat bij onderwijs niet om effectieve methoden maar om effectieve leerkrachten''. Onderwijskunde moet zich volgens hem meer richten op 'het wat' en niet alleen op 'het hoe'. 'Wat willen we kinderen leren?' in plaats van 'Hoe kunnen ze het leren?' En waartoe leiden we uiteindelijk kinderen op? Nu wordt 'het wat' grotendeels overgelaten aan de politiek.

Wetenschap en beleid

In de ideale situatie is het beleid van de overheid aangaande onderwijs gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek, maar Levering wijst erop dat dit in de praktijk lang niet altijd het geval is. Zo toonde wetenschappelijk onderzoek begin dit jaar aan dat het merendeel van de anti-pestprogramma's op scholen ineffectief is. Het idee om deze programma's te verbieden, leidde tot veel protest bij scholen en een verbod bleef uit. Iedereen wil zijn of haar zegje kunnen doen in het onderwijsdebat en dat maakt veranderingen doorvoeren soms moeilijk. Een kritische vraag die je hier aan toe kunt voegen is: moet de overheid zich wel met het pest-probleem bemoeien: waar begint de verantwoordelijkheid van de school en de ouders, en waar houdt die van de overheid op?

Benieuwd naar het hele verhaal van dr. Bas Levering? Kijk dan de lezing 'Onderwijs, een kunde' terug.

Volgende week zal prof. dr. Paul A. Kirschner vertellen welke onderwijsmethoden door de wetenschap als onbruikbaar worden beschouwd en welke nieuwe methoden het onderwijs kunnen verbeteren. En waarom zijn er eigenlijk zoveel mythes en ongefundeerde verhalen over wat goed onderwijs is?